zaterdag 17 mei 2008

Deel 5

Omdat moeder als meisje van 8 jaar al hele zomers bij de boer werken moest wilde zij perse dat wij een arbeid leerden. Maar om reden dat ik in de oorlogstijd 14-18 bijna altijd banden lappen moest in plaats van smenden, en wij zo weinig verdienden gingen broer Jo en ik zomaar weg bij Bergman. Wij gingen aardappelen rooien, en wel half weg in de Buinermond. Ik had een oude engelse fiets, een Rover. Daar had ik boven de achteras een voorvork op en een zadel. Daar gingen Jo en ik op. Maar de laan konen wij niet met zijn beiden, dat deden we om beurten. Bijvoorbeeld als ik reed dan reed ik 2 kampen, legde de fiets nieer en ging lopend verder. En Jo komt lopend bij de fiets en reed mij weer voorbij, weer 2 kampen. Dus zo reden wij elk half!
Oom Jan was opsteker. Dat is aardappels opsteken en naar de kuil kruien. 2 Zoons Herman en Willem gingen ook mee (die waren anders in het koopmansvak). Nu bij het afrekenen hadden wij zoveel geld verdiend dat wij het gehele jaar huishuur hadden , nog winteropslag, aardappels een praam vol, turf of baggel wat wij zelf uit het veen haalden. Met nog zoveel hout als wij laden konden. Dan bleef er ook nog geld over voor nieuwe kleren!
Maar wij zagen in de week geen daglicht bij huis. Net als zaterdag, namiddag en ’s zondags.
De boer waar wij werkten had lekkere aardappels. Zeeuwse blauwen. En omdat het oorlogstijd was, aten wij 3 keer daags aardappelen. Op eht land worden ze altijd met schil gekookt met een beetje vet voor de tip, dat was lekker!
Ome Jan lette op het vuur en aardappels. Dan namen wij zijn rijen aardappels mee. Maar vet voor de jus was ook op distributie. En moeder deed ons alles mee. En oom Jan maakte ons jus. Maar al gauw werden wij gewaar dat oom Jan en de jongens ons vet opvraten. Want vaak zei oom Jan: “Griet het gain vet mit doan”, dus Jo en ik maakten toen zelf jus.
Dat waren later de grote winkelzaken, eerst gebr Twikler te Stadskanaal. Ja eerst ome Jan en tante Griet, thans zijn ze beiden de oudste. Ons Mina vertelde ons Herman had al een keer bij hun geweest, maar ik kan niet gauw vergeten het is maar goed dat hij mij niet onder de ogen komt!

Geen opmerkingen: